De uitrol van ipv6 in Nederland blijft nog achter bij de EU-doelstelling, hoewel steeds meer isp's, bedrijven en overheden zich voorbereiden op een migratie, zo stelt TNO. Wel zullen providers de komende tijd nog veel modems moeten vervangen.

Om de overstap van ipv4, dat kampt met een slinkende adresruimte, naar ipv6 te kunnen maken, moeten mobiele telefonieaanbieders en isp's de nodige investeringen doen. Volgens een tweede TNO-rapport 'ipv6 monitoring in Nederland' hebben providers al de nodige voorbereidingen getroffen aan de kant van de internetbackbone, maar bij hun afnemers moet in de komende jaren nog het nodige werk worden verzet.

Volgens TNO-onderzoeker Rob Smets moeten vooral adsl- en kabelmodems worden vervangen, waaronder modellen die door de fabrikant als 'ipv6-ready' waren bestempeld. Dit maakt TNO op uit gesprekken die het heeft gevoerd met diverse Nederlandse isp's. Smets stelt dat een groot aantal van deze modems niet alle aanvullende protocollen ondersteunt die een isp op zijn netwerk gebruikt. Ook zouden sommige modems niet overweg kunnen met alle features die ipv6 biedt. Hierdoor zou een isp op termijn niet alle diensten kunnen leveren.

Ondanks het afnemende aantal vrije ipv4-adressen, hebben isp's in Nederland voorlopig nog voldoende ipv4-adressen beschikbaar. Bovendien kan in veel gevallen nat worden toegepast. Minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie waarschuwt echter dat door de snelle expansie van het internet in met name Azië, de migratie naar ipv6 in Nederland moet doorgaan om in de nabije toekomst te kunnen blijven communiceren. Momenteel levert alleen Xs4all ipv6-adressen aan zijn klanten, terwijl het aantal zakelijke isp's met deze service in het afgelopen half jaar van zeven naar elf is gegroeid.

In de rapportage van TNO is ook onderzoek gedaan naar de bekendheid van overheden en bedrijven in Nederland met het ipv4-probleem en naar de eventuele plannen die zij hebben klaarliggen voor de ipv6-migratie. Uit een van de onderzoeken blijkt dat 29 procent van de bedrijven en overheden verwacht dat ipv6 binnen drie jaar een rol gaat spelen, terwijl 15 procent denkt dat dit pas over maximaal vijf jaar op de agenda komt. Toch noemt Smets deze cijfers niet zorgwekkend: "De importantie hangt sterk van de beroepsgroep af. Een slager op de hoek volgt gewoon zijn provider, maar een bedrijf dat voorop wil lopen weet inmiddels wel dat de overstap naar ipv6 speelt."

Volgens Smets voldoet Nederland weliswaar nog niet aan de oorspronkelijke EU-doelstelling, 25 procent van de Europese computers over op ipv6 in 2010, maar hij wijst erop dat nog geen enkel Europees land dit heeft gehaald. De huidige koploper is Duitsland, gevolgd door Frankrijk en Italië. Nederland neemt de zesde plaats in als wordt gekeken naar het aantal toegewezen ipv6/48-adresblokken.

Als wordt gekeken naar de besturingssystemen die met ipv6 overweg kunnen, valt op dat in de loop van 2010 het marktaandeel van het niet-ipv6-compatibele Windows XP tot onder de 50 procent is gezakt. Daarmee behoort Nederland tot de voorhoede van Europa, zo stelt TNO. Windows 7, Vista, Mac OS X en Linux zijn wel geschikt voor ipv6.